Leerplannen
Leerplandoel 4
De leerlingen voeren eenvoudige berekeningen uit met gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen.
Leerplandoel 7 & 8
7: De leerlingen leggen het verband tussen een 3D- situatie en 2D-voorstellingen ervan: interpreteren van 2D-voorstellingen van een 3D-situatie en beschrijven van een 3D-situatie a.d.h.v. een gegeven 2D- voorstelling.
8: De leerlingen schetsen een eenvoudige 2D- voorstelling van een 3D-situatie.
Leerplandoel 9 & 10
9: De leerlingen gebruiken op een gepaste manier meetwaarden, grootheden en eenheden en herleiden in functie van de context.
10: De leerlingen schatten grootheden aan de hand van referentiematen.
Leerplandoel 11 & 12
11: De leerlingen lezen informatie over een verband af uit een tabel of grafiek.
12: De leerlingen stellen verbanden voor door gebruik te maken van grafieken en tabellen: grafiek schetsen bij een gegeven tabel; tabel opstellen bij een gegeven grafiek, bij een gegeven verwoording.
Leerplandoel 13 & 14
13: De leerlingen interpreteren de mediaan, het rekenkundig gemiddelde en de variatiebreedte van numerieke gegevens op basis van berekeningen met ICT.
14: De leerlingen interpreteren kwantitatieve informatie uit grafische voorstellingen: frequentietabel met absolute en relatieve frequenties, staafdiagram, cirkeldiagram, lijndiagram en histogram.